Prei plaatsspecifiek bemesten met precisietechnologie weer een stapje dichterbij
Plaatsspecifiek bemesten volgens de waargenomen bodemtoestand en gewasbehoefte laat toe om meststoffen efficiënter in te zetten en zo duurzamer te telen. Het samenbrengen van bodemdata en gewasmetingen van diverse proef- en praktijkpercelen gaf in 2020 extra inzichten in de lokale stikstofbehoefte van het gewas. Via simulaties met een gekalibreerd gewasgroeimodel willen we in 2021 taakkaarten opstellen die toelaten om tijdens het groeiseizoen de bemesting op preipercelen plaatsspecifiek bij te sturen.
Prei bemesten is niet evident. Door de trage startgroei en het lange groeiseizoen is het niet gemakkelijk om op het juiste moment op iedere plaats voldoende stikstof beschikbaar te stellen, gecombineerd met een aanvaardbaar nitraatstikstofresidu tijdens de najaarsperiode. Beredeneerder bemesten en op een onderbouwde manier teeltbeslissingen nemen, worden daarom steeds belangrijker. Een plaatsspecifieke bemestingsstrategie biedt hiervoor kansen, mits het gebaseerd is op de waargenomen gewasbehoefte en ook rekening houdt met de beschikbare meststoffen in de bodem en de hoeveelheid stikstof die van nature vrijkomt door het mineralisatieproces. Dat concept werken we in het WikiLeeks-project specifiek uit voor de preiteelt.
Intensieve monitoring van praktijkpercelen
Tijdens het groeiseizoen 2020-2021 volgen Inagro, PCG, PSKW en ILVO, verspreid over Vlaanderen, in totaal tien praktijkpercelen prei intensief op: herfst-, winter- en late winterprei. Op alle percelen wordt informatie verzameld over de bodemconditie (pH, geleidbaarheid en organische koolstof), de bemesting, het stikstofverloop in de verschillende bodemlagen en de gewasontwikkeling tijdens de teeltperiode. Bij de oogst evalueren we van elk perceel ook de opbrengst en kwaliteit van het eindproduct.
Alle verzamelde data worden vervolgens gekoppeld aan bestaande bodem- en gewasgroeimodellen die de stikstofbehoefte van het gewas inschatten. Daarnaast simuleren de modellen de hoeveelheid stikstof die doorheen het groeiseizoen beschikbaar komt door mineralisatie, wat toelaat om plaatsspecifieke bemestingsadviezen op te stellen.
Bodemscan illustreert de variatie binnen percelen
Op elk perceel werd in het voorjaar een bodemscan uitgevoerd. Met een bodemscanner kunnen we de variatie van verschillende bodemeigenschappen binnen een perceel duidelijk in kaart brengen. Dit toestel meet de elektrische geleidbaarheid van de bodem (EC-waarde uitgedrukt in mS/m), het organische koolstofgehalte (%) en de pH in de verschillende bodemlagen. Met dergelijke bodemdata wordt het mogelijk om het opbrengstpotentieel van een perceel in te schatten. Daarnaast kunnen we afwijkende zones in een perceel nauwkeurig identificeren en eventueel bijsturen met een plaatsspecifieke bekalking of het variabel toedienen van compost. Een bodemscan laat ook toe om percelen op te delen in homogene managementzones waarvoor we een gelijkaardig advies of een gelijkaardige bemestingsstrategie kunnen volgen.
Dronebeelden brengen de gewasontwikkeling in kaart
Gewassensing maakt het mogelijk om de gewasontwikkeling binnen een perceel objectief in kaart te brengen tijdens de teeltperiode. Deze metingen worden meestal uitgevoerd met multispectrale sensoren gemonteerd op een tractor, drone of satelliet. De sensoren maken beelden van het gewas bij verschillende golfbanden (kleuren). De hieruit afgeleide gewasindices laten toe om een objectieve inschatting te maken van de algemene gewastoestand, de bodembedekking en de stikstofinhoud van het gewas.
Link tussen bodemscan en dronebeeld
In een volgende stap linken we de bodemscandata aan de dronebeelden die tijdens het groeiseizoen worden genomen. Dat geeft ons extra inzichten in de lokale stikbehoefte van het gewas.
Als voorbeeld illustreert figuur 1 de variatie in organische koolstof (%) op één van de tien opgevolgde percelen. De organische koolstof varieerde op dit perceel van 0,64 tot 1,46%. Op 18 augustus 2020, zo’n acht weken na planten, voerden we een dronevlucht uit boven het perceel. Na analyse van de beelden bleek, zowel visueel als uit de berekende gewasindices, dat er ook een duidelijke variatie aanwezig was in de initiële ontwikkeling van het gewas. De variatie op dit perceel wordt mogelijk verklaard door een betere bodemstructuur en waterhuishouding in de zone met het hoogste gehalte organische koolstof.
Plaatsspecifiek (bij)bemesten met taakkaarten
Vanaf 2021 zullen we de preipercelen op de praktijkbedrijven plaatsspecifiek (bij)bemesten op basis van gewasmetingen gecombineerd met modelsimulaties. Hierbij zullen we zowel vaste minerale korrelmeststoffen als vloeibare meststoffen gebruiken. De vaste meststoffen zullen we toedienen met een centrifugaalstrooier, een pneumatische strooier of via rijenbemesting, de vloeibare meststoffen met een veldspuit of via rijenbemesting. Eens de resultaten positief zijn bevonden, zullen we taakkaarten ter beschikking stellen via het online Watch-It-Grow-platform (https://watchitgrow.be/) zodat in de toekomst iedere teler hier makkelijk gebruik van kan maken.
Het VLAIO LA-traject ‘WikiLeeks: preciezer prei telen met precisielandbouw’ startte op 1 januari 2019 en loopt 4 jaar. Inagro coördineert het project en werkt hiervoor samen met ILVO, KU Leuven, VITO, PCG en PSKW. Het onderzoek wordt gefinancierd door het Agentschap Innoveren en Ondernemen en diverse co-financiers.